Schrijfster Heleen van den Hoven woont al ruim dertig jaar in Nieuwegein. Onlangs kwam haar derde boek Het Tango algoritme uit. Toen haar kinderen nog klein waren, schreef Heleen De Troonladder en Losse tanden, enkele kinderboeken die spelen in de wijk Zuilenstein. Deze boeken zijn via onze webshop te koop. Voor de lezers van De Digitale Stad Nieuwegein tekent ze wekelijks haar spinsels op met haar schrijverspen.
Vandaag draagt Heleen de schrijverspen over aan collega Anke Verbraak want Heleen is diep ondergedompeld in de intriges van haar vierde thriller; De mosselman. Deze week Anke dus met: ‘Een tweede boek.’
Anke: ‘Overdonderd was ik, toen de uitgever mij vertelde hoeveel bibliotheken Water en wolfskers hadden aangekocht. Water en wolfskers, hoor ik u denken, wat is dat?’
‘Water en wolfskers is een thriller. Het zaadje daarvoor werd geplant toen ik pas in Nieuwegein woonde en een fietstochtje maakte in de omgeving. Dat is nu ruim 25 jaar geleden. Op een gegeven moment fietste ik langs het Lekkanaal en zag aan de overkant een wat hoger gelegen huis met een trap vanaf de tuin naar het kanaal. Nu ben ik best onhandig, dus toen ik dat huis zag, was mijn eerste gedachte: als je nou toch van die trap valt, dan kukel je zo het kanaal in… Zo ontstaat een thriller.’
‘Van die thriller werden er 303 aangekocht door de bibliotheken. Dat is een hele hoop. Zoveel zelfs, dat mijn uitgever ervan moest gaan zitten. En wat is het leuk om een willekeurige bibliotheek binnen te stappen en daar je boek te zien staan. Nog leuker natuurlijk wanneer het is uitgeleend, maar dat zult u begrijpen. En met dit in het achterhoofd schreef ik verder aan mijn tweede boek. Want ja, dat moest wel goed. Eigenlijk beter dan Water en wolfskers. Inmiddels had ik ook wat bijgeleerd qua techniek van het schrijven, dus dan moest het toch zeker beter kunnen. Het onderwerp had ik al jaren in mijn hoofd zitten, want mijn boeken rijpen langzaam. Dus hoe moeilijk kon het zijn?’
‘Ik kan u vertellen: ontzaglijk moeilijk. Het begon er al mee dat ik mij had gestort op een nieuwe baan en tegelijkertijd bezig was om Water en wolfskers bekendheid te geven. Daarnaast nog een boek willen schrijven, betekent simpelweg drie banen in de lucht houden. Het lukte me niet om heel consequent elke avond achter mijn laptop te zitten, maar als je dat niet doet, raak je zelf ook de draad van het verhaal kwijt. En iedere keer terugzoeken, wat ik ook alweer geschreven had, schiet niet erg op. Ook de techniek zat me in de weg. Ik miste de onbevangenheid waarmee ik Water en wolfskers schreef. Dat vloeide uit mijn vingers, nu was het zwoegen. Ik worstelde met een verhaallijn, waarvan ik al snel wist dat hij niet klopte, maar er zo snel geen andere voor in de plaats kreeg.’
‘Maar gelukkig: het kwam goed. Dankzij de proeflezers en een thuisfront dat snapt wanneer ik moet schrijven, ligt mijn tweede boek nu bij de uitgever. 14 mei komt het uit en wat zal ik blij zijn wanneer ik het in mijn handen heb. Hopelijk u ook!’
Anke Verbraak